Een leerrijke week

Het was voor mij een leerrijke politieke week op alle vlakken.
In de commissie Financiën in de Kamer waren er een aantal interessante besprekingen.

Dinsdag was er een hoorzitting met de BBI (bijzondere belastingsinspectie). Deze boekte met 1,4 miljard euro aan boetes en belastingen haar beste resultaat sinds haar oprichting in 1979. Opvallend was dat de baas van de BBI in de Kamer niet kwam pleiten voor meer en nieuwe wetgeving inzake fraudebestrijding maar wel voor meer personeel. De BBI telt op dit ogenblik 610 personeelsleden. Om haar taak doelmatig te vervullen zijn er volgens de BBI 720 nodig.  Elk personeelslid zorgde in 2014 gemiddeld voor 2,3 miljoen aan rendement inzake belastingen en boetes. Betaalt een verhoging met 110 personeelsleden zichzelf niet terug? Een goed idee  om te bespreken bij de begrotingscontrole.

De directeur van de BBI, F. Philipsen, ergerde zich wel aan de beschuldiging van sp.a en Groen dat de BBI via een interne instructie bezig is met een nieuwe regularisatie. Philipsen toonde aan dat hier geen sprake is van onwettelijkheid en de taxatie door de BBI van niet tijdig aangegeven inkomsten volkomen binnen de wetgeving blijft.

Niet alleen de BBI maar ook de rulingcommissie opereert volgens sp.a in de onwettelijkheid door fiscale constructies te tolereren met “belastingparadijzen” zoals Luxemburg. Dirk Van der Maelen verweet de regering na te laten een (beloofde) omzendbrief hieromtrent te publiceren. Ook hier wees een (terecht boze) minister Van Overtveldt de interpellant terug.

Fiscale fraude wordt – bij gebrek aan alternatief- voor het saneringsbeleid van deze Regering het grote thema van de linkse oppositie. Ook Koen Geens kon dit deze week ervaren toen hij zijn justitieplan bekendmaakte en de oppositie hier enkel focuste op een zinsnede waaruit wordt afgeleid dat deze regering de grote fiscale fraudeurs en witwassers niet langer via de strafwet wil bestrijden. Minister Geens weerlegde dit met klank maar  bij sp.a geldt bij het bespreken van fiscale fraude in het Parlement blijkbaar het motto: “ mentez, mentez, il en restera toujours quelque chose”. Trouwens als een politieke partij de BBI en de rulingcommissie  ten onrechte van onwettelijkheid beschuldigt, wat is dan nog de geloofwaardigheid van het fraudebeleid in dit land? Welk vertrouwen moet de burger nog hebben in de instellingen als zelfs de fraudebestrijders onwettelijk bezig zijn? sp.a speelt hier gevaarlijk spel door te pogen de instellingen te destabiliseren nu ze niet meer aan de macht zijn. Was John Crombez geen staatssecretaris voor fraudebestrijding tot 2014 en zat Van de Lanotte geen 20 jaar in regeringen?

Woensdag was de Europese Commissie te gast in de commissie Financiën om het Belgisch begrotingsrapport toe te lichten. Er was weinig belangstelling voor deze zeer boeiende hoorzitting en  ergerlijk waren enkele socialistische en groene tussenkomsten die met de Europese ambtenaren een discussie begonnen over de filosofie van het groei-en stabiliteitspact i.p.v. vragen te stellen over de Belgische begrotingsbeoordeling. Deze was tot hun grote spijt evenwel  gunstig… De Commissie wees er op dat België binnen het vooropgezet groeipad  blijft voor de structurele vermindering van het overheidstekort. Ze wees er wel op dat de inspanningen zullen moeten worden verdergezet in de komende jaren om in 2018 het nultekort te behalen. Voor de federale overheid betekent dit nog  een bijkomende inspanning van 8 à 9 miljard euro in de volgende jaren.

Het saneringsbeleid is bijgevolg nog lang niet ten einde. Voor dit jaar zal daar bovenop nog 1,2 miljard moeten gevonden worden om de begroting 2015 op koers te houden.

Het armworstelen hierover is al begonnen. Volgens CD&V en MR kan er in 2015 niet verder worden bespaard in de sociale zekerheid na de structurele inspanningen die al gebeurd zijn dit jaar ( 1,3 miljard volgens de EC). Ook Maggie De Block bedankt voor nieuwe besparingen in  de gezondheidszorg.  De woorden van Beke en Chastel waren nog niet koud of Jambon stelde dat “ besparen in de sociale zekerheid geen taboe is voor N-VA”. Intussen zijn alle partijen het er over eens dat voor justitie en veiligheid de besparingen te ver zijn gegaan en er meer geld moet worden vrijgemaakt voor deze departementen. Over eventueel nieuwe inkomsten zal maar worden gepraat NA de begrotingscontrole in het kader van de tax shift. Het wordt dus een bijzonder moeilijke klus voor deze regering.

Vorige week stelde ik op deze blog dat CD&V en Kris Peeters niet langer bereid zijn de kastanjes uit het vuur te halen voor deze regering en dat Charles Michel  dit keer de leiding moet nemen. Ik herhaalde dit in het weekend in Le Soir:  “Eric Van Rompuy : le CD&V a donné. Kris Peeters a sauvé deux fois la concertation sociale. Au tour du MR à présent lors du contrôle budgétaire”.

Heb ik vorige week voor mijn beurt gesproken ? Heeft Beke mij berispt? Ik las dat de “stoute” Van Rompuy een limiet heeft overschreden. Ik stel vast dat deze week Wouter Beke zelf stelt dat “ le CD&V a donné” en CD&V niet bereid is opnieuw  voor de sociale zekerheid de hakken van Kris Peeters  in het zand te zetten.

Het is nu aan de eerste minister om in de driehoek “ geen nieuwe belastingen, geen bijkomende besparingen in de sociale zekerheid en meer geld voor justitie en veiligheid” oplossingen te vinden.

Dat Wouter Beke in zijn reactie op mijn blog zei “ dat de samenwerking met de MR en de eerste minister uitstekend is”,  heb ik niet beschouwd als een berisping maar veeleer als de normale reactie van een partijvoorzitter van de meerderheid. Wat kan hij anders zeggen dan het vertrouwen in de premier uit te drukken? Beschikt een parlementslid  evenwel niet over een grotere vrijheidsgraad om zich uit te drukken over politieke strategie dan een minister of partijvoorzitter?

Ik las op een nieuwssite dat er” nu een definitieve breuk is tussen Wouter Beke en de clan Van Rompuy”. Ik heb daar deze week op de vergaderingen met Wouter Beke niet veel van gemerkt, integendeel. Deze regering is nog maar 5 maanden bezig en er wachten haar nog vele uitdagingen. CD&V speelt haar rol en verdedigt haar principes maar het is ook aan de eerste minister en N-VA om mee de kastanjes uit het vuur te halen en dit niet over te laten aan Kris Peeters en Koen Geens (die dit deze week ook moest ervaren bij de grote manifestatie op het Justitiepaleis).

In Vlaanderen is men de jongste jaren in de media niet meer gewoon dat ook een parlementslid van de meerderheid een mening kan hebben over politieke strategie. Dit is blijkbaar het voorrecht geworden van onze “ professoren-waarnemers”, die vanuit hun academische status elke dag beschouwingen geven over het politieke gebeuren en echte actoren (zonder kiezers) zijn geworden van het politieke gebeuren. Waarbij niemand zich blijkbaar nog de vraag stelt : wat denken de verkozen parlementsleden hierover?

Ik ben geen Jean-Marie  Dedecker of Hugo Coveliers maar mag op een kritische manier nu en dan geen mening worden geuit over het politieke gebeuren die niet altijd past in wat de politieke cenakels ervan denken? Waarom wordt dit  steevast “frustratie” genoemd?

Ik heb ook op dit vlak deze week veel geleerd maar ik blijf meer dan ooit trouw aan mijn adagium dat ik verwoordde op de huldiging van mijn dertig jaar parlementslid naar de song van Frank Sinatra : “Regrets, I’ve had a few, but I did what I had to do. And more, much more than this, I did it my way.”