Geen democratie zonder leiderschap

De Romeinse filosoof Cicero stelde dat een staatsman moet beantwoorden aan vier kardinale deugden: scientia (kennis en wijsheid), beneficentia (vriendelijk en bemiddelend), fortitudo (moed en doortastendheid), modestia (gematigdheid en rechtvaardigheid).

Voor mijn generatie was het prototype van de staatsman de Amerikaanse President J.F. Kennedy. Hij was het symbool van een politicus die het algemeen belang deed primeren op partijen, ideologieën en personen.

Zestig jaar later wordt de VS geleid door een president die juist het omgekeerde doet van wat Kennedy ooit stelde. Het algemeen belang is ondergeschikt aan zijn persoon. Trump streeft niet naar de eenheid van het land maar zaait verdeeldheid tussen bevolkingsgroepen (“illegalen zijn dieren”), polariseert en is voortdurend op zoek naar “vijanden” in eigen land en zelfs in de wereld (China). Hij schuwt de leugens niet en betwist zelfs de wetenschap als het in zijn kraam past (cf. Corona). Verdraagzaamheid, gelijkheid tussen rassen en volkeren en rechtvaardigheid zijn ondergeschikt aan zijn eigen electorale strategieën. “Make America great again” is zijn imperatief, natuurlijk ten koste van andere landen.

Hoe komt het dat de grootste democratie ter wereld zo diep is kunnen wegzinken? In de samenleving niet alleen in de VS maar ook in Europa is er een grote angst bij de burgers om hun werk, inkomen, identiteit. Dit leidt tot negatieve gevoelens en het vijanddenken. De individualisering van de samenleving leidt tot versplintering. De digitale revolutie heeft niet alleen ons leven en werken veranderd maar ook de politiek. Politici richten zich via digitale kanalen als facebook en twitter rechtstreeks tot de publieke opinie en de traditionele media nemen die boodschappen onverkort over. Het gaat meestal op simpele stellingnames die inspelen op de buikgevoelens en zoeken naar tegenstellingen en polarisatie. Dit wordt populisme genoemd en partijen die hierop inspelen winnen overal in de wereld veld.

Het probleem vandaag is dat er nooit zoveel meningen zijn geweest in een erg geïndividualiseerde maatschappij. Als tegenstellingen worden opgeklopt en niet kunnen worden overstegen blokkeert de democratie.

In talrijke landen leidt die individualisering tot een versnipperd politiek landschap. Traditionele partijen worden weggeveegd in deze polarisatie ten koste van meer extreme partijen. België werd in de jaren zestig tot het begin van deze eeuw geleid door Eerste Ministers die behoorden tot grote centrumpartijen die streefden naar evenwicht en samenwerking. Figuren als Leo Tindemans, W. Martens en JL. Dehaene werden aanzien als staatslieden die poogden het land (met vallen en opstaan) te besturen met oplossingen en compromissen in functie van het algemeen belang.

We slagen we er niet meer in om zelfs binnen 500 dagen federale regeringen te vormen. Door hun electorale zwakte en de versnippering van het politiek landschap is geen enkele traditionele partij nog in staat de leiding te nemen zoals de vroegere staatslieden die konden steunen op een numeriek sterke vertegenwoordiging van hun fracties in het Parlement. De klassieke partijen hebben vaak geen herkenbare visie meer en zijn electoraal verschrompeld. Door die stuurloosheid keert de burger zich tegen de politiek. Met Corona en de regeringsloosheid zijn die gevoelens nog aangescherpt. Wie durft er nog ingaan tegen oppervlakkigheid, agressiviteit en polarisatie? Deze machteloosheid van de politiek is beangstigend.

Ik blijf echter hoopvol. De laatste staatsman(vrouw) in Europa Angela Merkel slaagt er tegen de tijdsgeest in te beantwoorden aan de 4 kardinale deugden van Cicero. Met haar “wir schaffen das” tijdens de migratiecrisis werd ze eerst weggezet als een naïeve “Gutmensch” maar ze handelde met een rein geweten en met een menselijkheid die respect uitdrukt voor de christelijke waarden die ons zo dierbaar zijn. Ook onlangs bij de Coronacrisis nam de Duitse kanselier de leiding in de Europese Raad om een herstelfonds van 750 miljard euro te doen goedkeuren vooral ten bate van de Zuiderse landen als Italië, Spanje en Griekenland die zonder Europese hulp afsteven op een economische en sociale ramp. Merkel maakte solidariteit in de EU  opnieuw een concreet.

Staatsmanschap vergt moed, kennis, respect en zin voor verantwoordelijkheid. Geen democratie zonder leiderschap. En die brengt men niet met twitterberichten in 280 tekens met simpele slagzinnen en goedkope slogans.

(Kerk en Leven, 30.09.2020)